woensdag 10 november 2010

Losgeraakte ledematen


"De laatste tijd ben ik herhaaldelijk gestuit op losse armen en benen. Niet in het archief gelukkig. Zelfs niet in de onlangs opengebroken kast die jarenlang dicht had gezeten. Voor zover ik weet beschikt het museum niet over menselijke resten.
Toch komen we regelmatig armen en benen tegen in de militaire geschiedenis. Soldaten op het slagveld hebben een veel grotere kans (hoeveel groter?) om een arm of been te verliezen dan, laten we zeggen, een verzekeringsagent of een groentenman (hoewel wij in Schoonhoven vroeger een groentenman met één arm hadden). Zeker in de tijd waarin een kanonskogel iemand niet meteen verpulverde, maar alleen verwondde. Het werd een beetje op de koop toe genomen. Het hoorde er bij en er werd rekening mee gehouden dat iemand een lichaamsdeel kwijt kon raken. In een Duits voorschrift over de taken van een vaandeldrager in de 30-jarige oorlog kwam ik tegen, dat indien de vaandeldrager tijdens het gevecht zijn beide armen verloor, hij zich dan in het vaandel moest rollen om het op die manier te verdedigen. Als extra mogelijkheid was het hem ook toegestaan om het vaandel tussen de tanden te klemmen.
Soms was een soldaat zelfs blij om een arm kwijt te raken. Het betekende een enkele reis naar huis, en wel levend. Om dit te illustreren het nu volgende citaat uit "Grijze zielen" van Philippe Claudel, over een soldaat tijdens de Eerste Wereldoorlog. (Een boektip van Frederiek)

"Ik bleef urenlang in een zaal zitten, naast een soldaat die zijn linkerarm was kwijtgeraakt. Ik weet nog dat hij zei dat hij zo blij was dat hij een arm had verloren, en dan nog wel zijn linkerarm, echt een mazzeltje voor hem als rechtshandige. Over zes dagen zou hij weer thuis zijn - voorgoed. Ver van dit oorlogsbedrog, zoals hij het uitdrukte. Een arm kwijt, heel wat jaren erbij. Levensjaren. Dat bleef hij maar zeggen terwijl hij zijn verdwenen arm liet zien. Hij had zijn verdwenen arm zelfs een naam gegeven: Augustijn. En hij praatte onophoudelijk met Augustijn, nam hem tot getuige, sprak hem toe, plaagde hem. Geluk zit in de kleine dingen. Soms hangt het aan een zijden draadje, soms hangt het aan een arm. Oorlog is de wereld op zijn kop: die kan van iemand die een lichaamsdeel verloren is de gelukkigste mens op aarde maken."

Bekende voorbeelden van hoge officieren die iets moesten missen.

Het been van Lord Uxbridge werd verbrijzeld door een kanonschot tijdens de slag bij Waterloo. Het geamputeerde been is een macaber eigen leven gaan leiden als toeristische attractie in Waterloo. Er zijn heel veel anekdotes ontstaan over dit been en de zaag waarmee het werd afgezaagd wordt bewaard in het National Army Museum. Het been werd eerst begraven in een tuintje en kreeg later een eigen grafsteen. Het trok een enorme hoeveelheid toeristen aan, onder wie onze eigen Prins van Oranje, en bracht geld in het laatje voor de eigenaar. Om aan de vraag te voldoen werden de botten zelfs weer opgegraven en in een vitrine tentoongesteld. Het verhaal rondom dit been gaat nog veel verder maar dat zou een artikel op zichzelf kunnen vormen. Bovendien was er nog een prothese die Lord Uxbridge zich had laten aanmeten, en die ligt nu in het Wellingtonmuseum in Waterloo.(zie foto)

Dan hebben we Generaal Gouraud die in 1915 zijn arm verloor op Gallipoli. Ik heb op de plaats gestaan waar het gebeurd moet zijn, naast fort Sedduhl Bahir, maar er is niets te zien dat aan het feit herinnert. Gouraud is alleen maar beroemder geworden als aanvoerder van de Franse koloniale troepen, en het heeft als voordeel gehad dat hij vrij gemakkelijk te herkennen is op foto's. Hoewel hij toch al vrij herkenbaar is door zijn markante puntbaardje. Hij draagt soms wel iets van een prothese maar die hangt er altijd slap bij en hij geeft een hand met zijn linkerhand. Hij salueert ook met links. Zie ook de filmpjes op de site van British Pathé. Het eerste filmpje bestaat uit korte stukjes uit verschillende jaren die achter elkaar zijn geplakt. In de eerste scenes heeft hij zijn arm nog (voor 1914), in de laatste scenes niet meer (1917 en 1918). Het tweede filmpje laat zijn afscheid zien uit het Franse leger.
http://www.britishpathe.com/record.php?id=80605
http://www.britishpathe.com/record.php?id=13945

Lord Raglan was zijn arm al kwijtgeraakt bij Waterloo voordat hij naar de Krim vertrok als commandant van de Britse troepen. Het schijnt dat we aan hem het begrip raglan-mouw te danken hebben. Zie het artikel in Armamentaria 34, Camouflage op de catwalk, de invloed van het uniform op de burgermode in vogelvlucht, van Mariska Pool.
http://www.collectie.legermuseum.nl/sites/strategion/contents/i004528/arma34%20camouflage%20op%20de%20catwalk.pdf

Een andere vreemde eend is een monument voor een gewonde voet. Het is het Boot Monument, een gedenkteken uit de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783) en het herdenkt Major General Benedict Arnold voor zijn daden in de Battle of Saratoga.

Benedict Arnold raakte drie keer kort achter elkaar gewond en de laatste verwonding aan zijn voet maakte een einde aan zijn militaire carrière. Bijzonder aan het monument is dat de naam van de eigenaar van de voet er niet op vermeld staat terwijl toch iedereen weet om wie het gaat. Een deel van de tekst luidt: "In memory of the most brilliant soldier of the Continental Army who was desperately wounded on this spot". De naam van Benedict Arnold staat er niet bij omdat hij enkele jaren later in de oorlog overliep naar de tegenpartij, de Britten. Hoewel over"lopen" in dit geval misschien een slecht gekozen woord is.


Daniel Sickles was een generaal in de Amerikaanse Burgeroorlog. In de Battle of Gettysburg manoeuvreerde hij zijn legerkorps ongeoorloofd in een onmogelijke positie waar het vrijwel weggevaagd werd. In het gevecht werd zijn been verbrijzeld door een kanonskogel en het moest in een veldhospitaal worden geamputeerd. Kort voor de gebeurtenis was een richtlijn uitgevaardigd door de Army Surgeon General voor het verzamelen van voorbeelden van morbide anatomie en van projectielen en verwijderde ledematen, met het oog op het nieuw opgerichte Army Medical Museum in Washington.

Sickles doneerde zijn been aan het museum in een klein kistje in de vorm van een grafkist en met een visitekaartje er bij. Het huidige National Museum of Health and Medicine heeft het been nog steeds in de expositie, samen met een kanonskogel die vergelijkbaar is met de kogel die hem trof. Sickles zelf ontsnapte door dit voorval aan de krijgsraad omdat men vond dat hij al genoeg gestraft was met het moeten missen van een been. Weer een voorbeeld van een positieve bijwerking.

Ongetwijfeld het meest heroïsch is de geschiedenis van de houten hand van Capitaine Danjou. (foto bovenaan dit artikel)
Het speelt zich af tijdens een vrij onbetekenende episode in de militaire expeditie van Napoleon III in Mexico, het gevecht om Camerone, een Mexicaanse haciënda, op 30 april 1863. Er stonden 62 Legionnairs van het vreemdelingenlegioen met 3 officieren tegenover 2000 republikeinen. Kapitein Danjou, die toen al beschikte over een houten handprothese, had zijn Legionnairs laten zweren stand te houden tot de laatste kogel. Na een urenlang durend gevecht stonden nog zes man overeind die de strijd voortzetten met de bajonet. De laatste drie man gaven zich over onder de voorwaarde dat ze hun wapens konden behouden en hun kameraden mochten begraven. De Mexicanen verloren 500 man. Kapitein Danjou was ook onder de gesneuvelden. Zijn houten hand werd door een plaatselijke boer op het slagveld gevonden en aan het vreemdelingenlegioen terugverkocht.
Camerone is nu voor het vreemdelingenlegioen het symbool voor standhouden tot de laatste patroon, tot de laatste man, voor de vervulling van de plicht waarvoor de Legionnair zijn woord gegeven heeft. Daarom wordt elk jaar op 30 april de dag van Camerone herdacht bij het monument in het hoofdkwartier in het Zuidfranse Aubange. De houten handprothese, het belangrijkste relikwie voor het Legioen, wordt dan tijdens een ceremonie door een uitverkoren Legionnair over de paradeplaats naar het Monument aux Morts gedragen. Snik."

Tekst en foto's:
Aris de Bruijn
The Legermuseum Archives

Geen opmerkingen:

Een reactie posten